donderdag 27 mei 2021

Dag 16, langs de Lorely, naar Assmannshausen.

 


Vandaag gaat de tocht van Sankt Goar langs de Lorely, via Oberwesel, Bacharach, Rheindiebach, Niederheimbach, dan met de veerboot over de Rijn naar de andere oever en dan via Lorch naar Assmannshausen. Vandaag loop ik, net als gisteren, weer 27 kilometer. Behalve wat motregen is het weer een stuk beter dan gisteren. Ik volg al dagen de oevers van de Rijn, maar ik ben nog steeds niet uitgekeken op dit stukje werelderfgoed.


In de tijd van paus Adrianus was de Rijn een van de belangrijkste waterwegen van Europa. Wegen waren er nauwelijks, dus voor het transport van graan, zout, laken, hout, wijn en vele andere voedingsmiddelen was men aangewezen op rivieren, ook het personenvervoer ging vaak over het water. Men maakte gebruik van trekschuiten die met touwen werden voortgetrokken door paarden maar soms ook door menskracht, jaagpaden werden aangelegd langs de oevers van rivieren. Die jaagpaden liggen er nog steeds en ik maak er dankbaar gebruik van. Ze zijn keurig vlak en liggen altijd dicht bij de rivier voor het beste uitzicht. De trekschuit werd eeuwenlang gebruikt totdat de veel snellere stoomboten het werk overnamen en meerdere trekschuiten tegelijk stroomopwaarts sleepten.




De Wolgaslepers, Ilja Repin


Reizen was toen nog een hele onderneming, je werd blootgesteld aan weer en wind, niemand had ooit gehoord van planning en tijdschema's, laat staan dat je je reis tot in de puntjes kon voorbereiden. Reizen was avontuurlijk maar ook vol gevaar, je had veel doorzettingsvermogen nodig om je doel te bereiken. Hoe anders is dat in deze moderne tijd, vandaag de dag stelt reizen niet zoveel meer voor, mensen zoeven voorbij in comfortabele auto’s met airconditioning of maken een vakantie reis met een camper waarbij ze van alle gemakken zijn voorzien. 



Vandaag wandel ik voorbij de Lorely, een 132 meter hoge rots langs de rechteroever van de Rijn. Op dit punt maakt de Rivier een scherpe bocht en wurmt zich door een vernauwing rond een klif. De Rijn is hier op zijn smalst (slechts 113 meter), maar met 25 meter ook op zijn diepst, met gevaarlijke stromingen tot gevolg. De vele schepen die hierdoor vergaan zijn, vormen voer voor legendes en verhalen. Heden ten dage wordt nog steeds voor de passage gewaarschuwd. Nog in januari 2011 veroorzaakte een ongeval met een schip met 2.400 ton zwavelzuur grote problemen.


Lorely 


Tegenstroom, onderstroom draaikolken, dit water heeft het allemaal

Uit oude volksverhalen is bekend dat dit gebied werd bevolkt door nimfen. Toen steeds meer mensen de oevers begonnen te bewonen, werden de nimfen verjaagd. Slechts één nimf bleef achter. Zij kon geen afscheid nemen van de Rijn en vestigde zich op de hoge rots, vanwaar ze uitzicht had over de hele rivier. Met haar prachtige, treurige zang, haar schoonheid en haar lange, gouden haren wist zij de schippers te betoveren, die de aandacht voor hun schepen verloren en door de sterke stroom op de rotsen liepen. Dit verhaalmotief kennen we overigens uit de Griekse mythologie. Velen verloren hierbij het leven. Op zekere dag wilde een jonge ridder, de zoon van graaf Palatinus, het meisje eens van dichtbij bewonderen. Hij besloot met zijn schildknaap een tocht naar de rots te ondernemen, maar zoals zovelen vóór hem raakte hij betoverd door haar gezang en ook hij kwam om toen zijn bootje op de rotsen te pletter sloeg. De schildknaap wist zich echter te redden en bracht het droeve nieuws aan de graaf. Vol van woede en verdriet beval hij zijn mannen de nimf van de rots te gooien, zodat ze zou verdrinken, net als al haar slachtoffers. Toen de nimf de soldaten van de graaf zag naderen, wierp ze haar halsketting in het water en zong ze nog een laatste lied. Daarop kwamen er grote golven uit de Rijn die haar meevoerden, waarna de nimf voor altijd verdween. Deze legende is de basis geweest voor een groot aantal gedichten, films en muzieknummers.


Ich weiß nicht, was soll es bedeuten,

Daß ich so traurig bin,

Ein Märchen aus uralten Zeiten,

Das kommt mir nicht aus dem Sinn.

Die Luft ist kühl und es dunkelt,

Und ruhig fließt der Rhein;

Der Gipfel des Berges funkelt,

Im Abendsonnenschein.


Die schönste Jungfrau sitzet

Dort oben wunderbar,

Ihr gold'nes Geschmeide blitzet,

Sie kämmt ihr goldenes Haar,

Sie kämmt es mit goldenem Kamme,

Und singt ein Lied dabei;

Das hat eine wundersame,

Gewalt'ge Melodei.


Den Schiffer im kleinen Schiffe,

Ergreift es mit wildem Weh;

Er schaut nicht die Felsenriffe,

Er schaut nur hinauf in die Höh'.

Ich glaube, die Wellen verschlingen

Am Ende Schiffer und Kahn,

Und das hat mit ihrem Singen,

Die Loreley getan.

Gedicht van Heinrich Heine.



woensdag 26 mei 2021

Dag 15, door de regen, naar Sankt Goar



Vandaag was een kletsnatte dag. De tocht gaat van Rhens via Brey, Spay, Boppard en Bad Salzig naar Sankt Goar. Een tocht van27 kilometer waarbij ik ook vandaag de oevers van de Rijn blijf volgen.

Ik vind het leuk om buiten mijn comfortzone te treden en een beetje af te zien. Een lichte vorm van zelfkastijding kan fijn zijn. Ik vind het leuk als er zich onvoorspelbare ervaringen aandienen. Eerder schreef ik in mijn blog over het doel van mijn reis en dat deze reis het scharnierpunt is tussen twee levensfasen. Maar naast dat doel wil ik ook ontdekken wat mijn ouder wordende lijf nog kan. Kan ik, net als de soldaten van Napoleon, zomaar de helft van Europa te voet doorkruisen en de ontberingen die daarmee gepaard gaan, doorstaan? En wordt mijn lijf weer gezond en sterk zijn als ik dat doe? Kan ik op deze manier mijn lichaam resetten naar default? Van een kantoorlijf met dito buik naar een buitenmens lijf dat tegen een stootje kan!


Vandaag werd ik stevig op de proef gesteld. Ik vind het niet erg als het regent, ik doe dan een windjack aan, doe de regenhoes op om de Wheelie en loop vrolijk verder. Je wordt dan nat maar meestal komt na een uurtje de zon weer tevoorschijn en word je weer droog. Hiervoor heb ik netjes een setje sneldrogende kleding, een fleecevest en wandelbroek aangeschaft die meestal na een half uurtje weer droog zijn.

Maar vandaag werd het na een uurtje niet droog, het regende uren aan een stuk en toen het een kwartiertje droog was begon het weer helemaal overnieuw. Nou, dan raak je wel uit je comfortzone, de regen waaide van mijn hoed in mijn kraag en liep langs mijn ruggengraat in mijn onderbroek. In het hotel kreeg ik een straalkacheltje en daar hangt nu mijn complete set sneldrogende kleding langzaam droog te worden.



Op een droog moment kan ik snel een mooie foto maken van de Marksburg. Op de eerste foto van vandaag is deze burcht ook te zien tussen de regenwolken. 


Deze Marksburg is zo strategisch gelegen bovenop een berg dat het het enige kasteel in de hele “Mittelrhein” is dat nog nooit is verwoest. In de tijd van Adrianus werd aan dit kasteel nog gebouwd en kreeg het de vorm die het nu nog heeft. Het kasteel werd gebouwd om de plaats Braubach te beschermen. Het hele Mittelrhein  gebied met zijn tientallen kastelen en dorpjes vol vakwerkhuizen staat op de Unesco Werelderfgoedlijst. 







 

dinsdag 25 mei 2021

Dag 14, Deutsches Eck, naar Rhens

Vandaag is een druilerige dag met af en toe een hoosbui. Maar later op de dag dringt de zon steeds vaker door de wolken.

De Wheelie en zijn kartrekker beide in regenpak!

Fotogenieke weersomstandigheden

Vandaag gaat de tocht van Kaltenengers via Sankt-Sebastian, Kesselheim, Wallersheim, Koblenz, Deutsches Eck en Oberwerth naar Rhens. 


Gisteravond kwam ik aan bij een leeg hotel, werd ontvangen door een sleutelkastje. Ik had een luxe hotel-restaurant verwacht, te oordelen naar de website en dat klopte ook. Maar door strikte naleving van de Corona-maatregelen was al het leven uit het hotel verdwenen. De rest van het dorp Kaltenengers was ook verlaten, geen restaurant, geen Imbiss, geen winkel, alles was gesloten. Dus ik moest het doen met mijn noodrantsoen en at mijn laatste blikje vis met brood. Vanmorgen ontbeten met een appel, granola en thee. Dus eerst maar eens proviand inslaan (sandwiches, yoghurt, granola en kaas) en mijn noodrantsoen op orde brengen (appels, houdbaar brood, blikjes vis, potje pindakaas en thee).


Het zijn vooral de kleinere, door een familie gerunde hotels waar je voor gastvrijheid moet zijn. Top van ervaring was een Chinees gerund hotel, de receptioniste hielp mij de zware Wheelie de trap op te dragen. 's Avonds at ik buiten op het beschutte terras “Knusprige Ente mit Gebackener Reis”, heerlijk. Teveel zoals gewoonlijk bij de Chinees, dus heb ik het restant in laten pakken voor lunch de volgende dag. Het ontbijt was gewoon in de eetzaal. Klaarblijkelijk zijn zo niet zo bezig met het volgen van het nieuws over Corona, maar doen ze gewoon hun eigen ding.



Maar we gaan verder met de wandeling langs de Rijn:







Alle terrasjes zijn nog gesloten, gezelligheid is hier nog ver te zoeken. 



In Duitsland zie je weinig weerstand tegen de Corona maatregelen, het lijkt alsof iedereen zich gedwee aan de regels houdt. Je hoort niemand klagen, ook niet als je ze vraagt wat ze van de strikte regels vinden. Het lijkt alsof ze trots zijn op hoe goed ze zich allemaal aan de regels houden. En dus gaat Angela Merkel verder, een versoepeling van de Corona-maatregelen wordt pas op 3 juni verwacht. De enige mensen die ik ontmoette die kritisch reageerden waren geen Duitsers, maar een Nederlandse hotelier en een Syrische kebab imbiss uitbater. Het is wonderlijk hoe anders we in Nederland in deze wedstrijd staan met de overheid.

Begrijp me niet verkeerd, de autochtonen hier zijn ook erg vriendelijk en geïnteresseerd en zolang je je keurig aan de regels houdt zijn ze ook super gastvrij.


Vandaag wandel ik in Koblenz langs de “Deutsches Eck”, het punt waar de Moezel uitmondt in de Rijn. Dit punt is altijd van groot strategisch belang geweest voor de heersers van dit gebied, vanaf het fort op de andere oever van de Rijn heb je een goed overzicht en kan je het gebied met kanonnen beheersen. Deze “hoek” tussen twee belangrijke rivieren spreekt dus al eeuwenlang tot de verbeelding van de inwoners van het Duitse rijk. Het is op dit punt dat een standbeeld van de Duitse Keizer Wilhelm I over de rivieren uitkijkt.



Keizer Wilhelm I slaagde er samen met Otto von Bismarck in om de Duitse eenwording voor elkaar te boksen.

Weet je nog, Karel V was niet alleen keizer van wat nu Spanje en de Benelux is, hij regeerde ook over het Heilige Roomse Rijk waartoe veel Duitstalige staten behoorden. Duitstalig Centraal-Europa omvatte meer dan 300 politieke entiteiten. De verschillen in grootte tussen deze landen waren enorm. Er waren complexe gebieden van de adellijke familie Hohenlohe of grotere landen zoals het keurvorstendom Beieren en het koninkrijk Pruisen. Er waren ook veel vrije rijkssteden die ook in grootte en invloed varieerden. Zo was er het machtige Augsburg en het onbeduidende Weil der Stadt. Er waren ook kerkelijke gebieden zoals het rijke abdijvorstendom Reichnau en het machtige aartsbisdom Keulen. En er waren ook landen met een dynastie zoals het hertogdom Württemberg. Deze gebieden maakten allemaal deel uit van het Heilige Roomse Rijk, werkten samen in de verdediging van dit grote Rijk en accepteerden Karel V als hun heerser. Daartoe betaalden ze ook belastingen aan het hof van Karel V. Onderling werd er druk uitgehuwelijkt om invloed te vergroten maar  er waren ook allerlij intriges en familieruzies waardoor gebieden nog verder versnipperden. Deze wanordelijke situatie heeft zo jaren kunnen bestaan, totdat Napoleon er een einde aan maakte. Hij veroverde het hele gebied met zijn nieuwe manier van oorlog voeren (slag bij Austerlitz) schafte de vrije Rijkssteden af en richte de Rijnbond op als vazalstaat van Frankrijk. 

Maar na de val van Napoleon begon het gedonder opnieuw en het duurde tot 1850 voordat toen nog Koning Wilhelm het initiatief nam om alle Duitstalige volken in één land te verenigen. Hij stelde Otto van Bismarck aan als minister-president van Pruissen. Samen gingen ze voortvarend aan de slag om die eenheid te smeden. Volgens Bismarck moest eenheid niet door compromissen bereikt worden, niet door te polderen zoals wij in Nederland doen. Eenheid moest bereikt worden met bloed en ijzer “Blut und Eisen” en dat is uiteindelijk gelukt. Met deze aanpak is het huidige Duitsland ontstaan, dat aanvankelijk ook een groot deel van Polen en Litouwen omvatte, landen die op dat moment niet meer bestonden.



Het opschrift op de sokkel van Keizer Wilhelm I luidt;

WILHELM DEM GROSSEN

Nimmer wird das Reich Zerstöret

Wenn Ihr Einig Seid und Treu


Eensgezind en trouw, dat zijn de Duitsers nu nog steeds.




Een paar dagen geleden kreeg ik te horen dat de waterstand normaal was voor de tijd van het jaar, maar het waterpeil is toch een paar meter hoger dan waarvoor deze steiger is ontworpen.



Zo zag de Deutsches Eck er in 1993 uit tijdens extreem hoog water, toen ook in Nederland 75.000 mensen in het rivierengebied werden geëvacueerd. Sindsdien is er veel gespeculeerd over de opwarming van de aarde.
In Koblenz wordt het waterpeil sinds 1817 "Pegel Koblenz" elk uur nauwkeurig geregistreerd.
Aan de buitenkant van de meetkamer is een liniaal geplaatst en de hoogste waterstanden zijn aangegeven met strepen en jaartallen. Ook zijn er op dit gebouw waterstanden aangebracht van voor 1817. De hoogst bekende waterstand ooit was in 1784, de op één na hoogste waterstand in1651. Daarna volgt 1993 op de derde plaats. Zo zie je maar weer, de geschiedenis herhaalt zich.

Pegel Koblenz

maandag 24 mei 2021

Dag 13, langs de Rijn, naar Kaltenengers

Langs de Rijn kan je prachtige foto’s maken,

Maar op veel plekken detoneert de industrie het beeld.

Vandaag gaat de tocht van Bad Breisig via Brohl-Lützing, Namedy, Andernach, Weissenthurm en Urmitz naar Kaltenengers. Door erosie ligt de Rijn hier diep in het landschap tussen hoge heuvels. Outdooractive stelt weer een mooie route voor maar wel met heel veel klimmen en dalen. Daar ben ik nog niet klaar voor ondanks de rustdag. Ik verheugde me erop om over vlakke paadjes langs de rivier te wandelen. Ik heb ontdekt dat als ik de app op fietsen zet in plaats van wandelen, dat de voorgestelde route dan netjes langs het water loopt en dat er nauwelijks hoogteverschillen in de route zijn. Dat is waar ik vandaag voor kies, een fietstocht van 25 kilometer over vlakke paden, maar zonder fiets.




Een nadeel van wandelen langs de Rijn is dat het niet meer mogelijk is om idyllische wandelpaadjes te fotograferen. Ook spoor- en snelwegen vermijden hoogteverschillen en kiezen daarom voor hetzelfde tracé. In plaats van fluitende vogels en ruisende bomen loop ik nu in het lawaai van treinen en auto's, maar wel vlak, en dat is fijn.



Volgens omwonenden is het waterpeil op dit moment niet extreem en ben ik erg verrast hoe snel de stroming is. De groene boei heeft een flinke boeggolf en ook een lange hekgolf, dat heb ik nog nooit in een rivier gezien. 



Ik kan de schepen die met mij stroomopwaarts gaan bijna bijhouden. Als een schip mij passeert, duurt het meer daneen uur voordat hij uit het zicht verdwijnt. De stroomafwaarts varende schepen gaan zeker drie keer sneller en zijn snel uit het oog verdwenen.



Ik kende de plant niet waarvan ik gisteren de foto van de stengel heb gepubliceerd. Vandaag vertelde een natuurvorser me dat het de Japanse duizendknoop is, een invasieve plant die erg sterk is, door beton kan groeien en niet kan worden bestreden, hij is namelijk ongevoelig voor alle onkruidbestrijdingsmiddelen. De oevers van de Rijn staan er vol mee.

zondag 23 mei 2021

Dag 12, wandelen, naar Bad Breisig.

Wandelen is een langzame manier van voortbewegen, maar als je gewoon blijft lopen, kom je onopgemerkt snel vooruit.


Vandaag gaat de tocht van Laach aan de Ahr via Rech, Dernau, Walporzheim, Calvarienberg, Bachem, Bad Neuenahr-Ahrweiler, Heimersheim, Ehlingen, Schmitzmühle en Sinzig naar Bad Breisig aan de Rijn. Het was een lange tocht maar de hele tocht loop ik langs rivieren waardoor ik niet hoefde te klimmen, ondanks de afstand van 30 kilometer was dit een fluitje van een cent.

Ik heb nog geen blaren gelopen, ik had de blarenplijsters net zo goed thuis kunnen laten. Maar dat wil niet zeggen dat ik nergens last van heb. Elke dag voel ik een andere spier, dan is het de linkerkuit, dan mijn rechterknie, dan een lies en ook mijn rug protesteert soms. Ik vertraag dan mijn wandeltempo een beetje en concentreer me een half uur op de spier die protesteert. Ik probeer deze spier tijdens het lopen niet verder aan te spannen, maar zoveel mogelijk te ontspannen. Voor mij is dit de remedie.



Als het op snelheid aankomt, verliezen we het van de meeste dieren. De eerste de beste koe kan al sneller rennen dan een Olympische atleet. Schepsels met vier poten gaan sneller dan met twee. Als het om uithoudingsvermogen gaat, kunnen mensen wel wedijveren met dieren. Al lopend hebben mensen de wereld rond gelopen en hebben we vele krijgstochten ondernomen. Het grappige van de manier waarop we lopen is dat we onszelf niet naar voren duwen zoals viervoeters doen, maar dat we gewoon voorover vallen en voordat we op onze snufferd gaan zetten we onze andere voet naar voren. De zwaartekracht zet ons lichaam in beweging en dat maakt het extreem efficiënt, niet heel snel, maar zuinig met energie. De San (bosjesmannen) vingen de snelste dieren door ze dagenlang in groepen te achtervolgen tot ze uitgeput waren. Dit toont aan dat lopen voor mensen een heel natuurlijke manier van bewegen is. Hardlopen is voor noodgevallen zoals vluchten. Als de noodzaak er niet is, loop je. Dat kunnen we veel langer volhouden. Kijk maar naar de 70-plussers die de Vierdaagse moeiteloos afmaken.

Ons lichaam geeft beloningen af ​​als we ons goed gedragen. Tijdens een lange wandeling maakt ons lichaam endorfine aan. Dit gelukshormoon zorgt ervoor dat we ons goed voelen. Bewegen is dus niet alleen goed voor onze lichamelijke conditie, het helpt ook om van stress af te komen. Het werkt hetzelfde met dieren. Dieren die veel bewegen, zoals wolven die voedsel zoeken, maken ook endorfine aan en zijn niet gestrest tijdens de jacht, maar juist heel kalm. Zo werkt het ook met een hond die uitgelaten wordt, die gaat daarna ontspannen zijn mandje in. Ook ik ga 's avonds heel ontspannen slapen.


Met het vliegtuig ben je in twee uur in Rome. Met de nachttrein in anderhalve dag. Met de auto of motor duurt het twee dagen. Met de fiets kan je in twintig of dertig dagen naar Rome fietsen. Maar ga je lopen, dan duurt het pas echt lang. Loop je stevig door dan kan het in tachtig a honderd dagen.


Ik kies om te wandelen omdat dat het tempo is dat van nature bij mensen past. Als je met het vliegtuig gaat, zie je alleen wolken, als je met de auto gaat, flitst het landschap voorbij. Met de fiets zie je al meer, maar pas als je gaat lopen zie je alle details om je heen. De rotsformaties, de bloemen, steensoorten, bomen, vogels, dieren, akkers met wat er verbouwd wordt en hoe de groei verloopt. Watervallen, tunnels, rivieren, beken, spoorlijnen met hun stations, dorpen met hun typische huizen. Kerktorens, veldkapelletjes, villa's, kastelen, forten, steden met hun industrie in de periferie. Je kan alles zonder haast tot in detail rustig bewonderen.








Niemand minder dan Johann Wolfgang von Goethe denkt er hetzelfde over als ik.  Om zijn inspiratie weer tot leven te wekken, wandelde en reisde hij drie jaar door Italië. Tijdens deze "Italienischer Reise" schrijft hij de beroemde zin:

‘Nur wo du zu Fuss warst, bist du auch wirklich gewesen’ 



Vanmiddag, tijdens mijn wandeling langs de Ahr met zijn vele stroomversnellingen, moest ik denken aan Leonardo da Vinci. Leonardo was ook een tijdgenoot van Adrianus en pas net overleden (1519) toen Adrianus paus werd. Ik las onlangs zijn biografie en ontdekte hoe Leonardo verwonderd was over de stroming van water. Dagenlang bestudeerde hij de stromingen en draaikolken van water door een stok in een beek te steken.




Leonardo koppelde de beweging van water aan de beweging van haren. Beide hebben twee bewegingen, de ene beweging gaat voort met de stroming van het oppervlak, de andere met de lijnen van de wervelingen die ontstaan. Hij ontdekte dat water in een rivier laminair stroomt, maar door weerstand zijn snelheid verliest en overgaat in turbulente stroming. Dit effect was vanmiddag duidelijk zichtbaar.