maandag 26 juli 2021

Dag 74, Via dei Degli naar Cavallina

Vandaag gaat de tocht verder van Madonna dei Fornelli via Pian di Balestra, Paso della Futa, Santa Lucia, Montecarelli en Barberino di Mugello naar Cavallina, een afstand van 34 kilometer.


Vandaag loop ik vanuit Emilia Romagna de volgende provincie in: Toscane!


Het kraanwater smaakt naar chloor dus vul ik mijn bidons met heerlijk bronwater!

De infrastructuur van Italië is niet afgestemd op fietsers en wandelaars, bij de aanleg van wegen is er alleen aandacht voor de auto. In de dorpen zie je soms iets dat op een stoep lijkt, maar even verderop houdt het op. Waar ruimte is voor een stoep of fietspad, wordt die ruimte ingenomen door geparkeerde auto's. Italië loopt ver achter ten opzichte van Duitsland en Oostenrijk waar ik over het algemeen op keurig aangelegde fietspaden of wandelpaden liep. Vooral 's morgens in de spits moet ik goed opletten waar ik loop en voel ik me niet altijd veilig tussen de auto's.



Er wordt gewerkt aan vrijliggende fietspaden, maar dat gaat zeker nog een paar jaar duren!

Ook op smalle stukken alle ruimte voor de auto!

Je kunt veilig oversteken, maar waar blijf je dan?

Toch zijn er wandelroutes in Italië, maar dat zijn paadjes voor sportieve bergwandelaars die de natuur in trekken. Omdat het vandaag niet echt warm wordt, de temperatuur blijft op 23 tot 24 graden, besluit ik zo'n bergpad te proberen. Tussen Bologna en Florence kronkelt de Via degli Dei, de Godenweg, een populaire wandelroute van honderdtwintig kilometer met Romeinse oorsprong. De route staat bekend als een pittige wandelroute met veel hoogtemeters en voert over de bergkammen van de Apennijnen. De Via degli Dei dankt zijn naam aan de talloze goden die je onderweg tegenkomt, zoals Monte Adone, genoemd naar de Griekse god Adonis, en Monte Venere, genoemd naar Venus, de godin van de schoonheid.


Veel jongeren lopen in 5 tot 7 dagen van Bologna naar Florence als een “must have done”-ervaring.




Dit was inderdaad een pittige uitdaging, niet te vergelijken met de autowegen en bergweggetjes die ik de afgelopen dagen genoodzaakt was te volgen. Vandaag heb ik 34 kilometer gelopen en 600 hoogtemeters geklommen, een enorme inspanning die me meer dan 10 uur kostte. Maar ik heb er enorm van genoten, wandelen door bergachtig terrein op rotsachtige paden vraagt zoveel meer van je fysiek en is niet te vergelijken met lopen op glad asfalt. Blijkbaar heb ik toch iets masochistisch in me, want ik heb daar enorm veel plezier in.





Halverwege is een eeuwenoud restaurant waar ik met laaf en voedt!

Het hoogste punt van de Via dei Degli, meer dan 1200 meter!



Op verschillende plaatsen volgt de route oude Romeinse wegen die pas recentelijk zijn ontdekt. Het bestaan van deze wegen werd vermoed uit oude volksverhalen. Enkele archeologen begonnen in 1977 een zoektocht en pas na twee jaar speuren werd het eerste stuk onder de 60 centimeter aarde tevoorschijn gehaald.


Bloem van de dag:

Beest van de dag:

zaterdag 24 juli 2021

Dag 73, de heuvels van de Apennijnen in naar Madonna dei Fornelli

Vandaag gaat de tocht verder van Pianoro vecchio via Loiano, San Benedetto val di Sambro en Zaccanesca naar Madonna dei Fornelli. Een afstand van 25 kilometer en een klim van 650 meter. Gelukkig kwam de temperatuur vandaag niet boven de 28 graden. Ik begin te wennen aan de zon, hitte en het spelen van berggeit dus het kostte me niet al te veel moeite.



Ik maakte onderweg een kleine stop om het zweet van mijn hoofd te vegen, mijn zonnebril schoon te maken en een slokje water te nemen. Ik stond toevallig voor een gesloten hek, maar dan komt Mary aanlopen, ze doet het hek van slot af en vraagt waar ik heen ga en of ik iets wil drinken. Nou had ik net gedronken, dus haalt ze een heerlijke gekoelde perzik voor me en vraagt of ik haar boerderij wil zien. Ze vertelt dat ze in Roemenië is geboren en altijd erg geïnteresseerd is in mensen die een “andere” kijk op het leven hebben. Haar paradijs heet “La Trattoria di Mary”, ze woont daar alleen met haar zoontje en probeert er volledig zelfvoorzienend te leven. Daarbij verkoopt ze eieren, groenten en fruit aan huis om in haar levensonderhoud te voorzien. Mary heeft een enorme drive, ik heb genoten van deze ontmoeting en haar gastvrijheid. Echt mooi om te zien hoe sommige mensen hun leven volledig in eigen hand nemen en er hun eigen invulling aan geven.







Vandaag ging Mary deze plantjes in de grond zetten en ik vroeg wat voor planten het waren. Volgens Mary waren het medicijn plantjes, maar ik herkende toch duidelijk de cannabisplant, hoewel het niet heel sterk rook. Mary gaf toe dat het inderdaad medicijn voor eigen gebruik was en dat deze soort niet erg sterk is. 
Ik heb maar niet gevraagd of ze dit medicijn ook in haar winkeltje verkoopt, maar ik snap nu dat ze een goede kostwinning heeft.


Bloem van de dag, met een klein beestje:


Beeld van de dag:


vrijdag 23 juli 2021

Dag 72, Sjors en Jenny op bezoek in Pianoro vecchio

Vandaag gaat de tour verder van Bologna via Rastignano, Cateria di Sesto en Pian di Macina naar Pianoro vecchio. Een afstand van 25 kilometer en omdat ik nu de Apennijnen in loop, moet ik weer aan de bak met een totaal klim van 450 meter.




Ik loop een groot deel van de tocht over autowegen, gelukkig is het niet druk, behalve in de ochtendspits is er weinig verkeer. Op deze wegen is helemaal geen rekening gehouden met fietsers en wandelaars, daar wordt wel aan gewerkt, op verschillende plekken is men bezig met het aanleggen van fiets- en wandelpaden, maar de meeste zijn nog lang niet klaar.




Ik heb onderdak gevonden in een agriturismo die gespecialiseerd is in paardenvakanties, omdat ik zelf het paard voor mijn kar ben, kan ik daar ook slapen. Mijn zoon Sjors en zijn vriendin Jenny zijn op vakantie op weg naar Florence en ook voor hen is er een kamer vrij, want door Corona is er overal nog plek genoeg. En zo kan ik 's avonds gezellig kletsen met Sjors en Jann terwijl we een echte Italiaanse maaltijd voorgeschoteld kregen die oma en dochters een halve middag bezighielden met het bereiden.

Ik heb wat onnodige spullen aan Sjors meegegeven om nog wat gewicht te besparen, maar zijn auto is erg klein en zat al vol met kampeerspullen dus ik kon niet veel meegeven.





Ze rijden in 2 uur naar Florence, waar ik zeker 2 dagen over doe!

Bloem van de dag:

Beest en beeld van de dag:


woensdag 21 juli 2021

Dag 71, Jan Jacobs, goudsmid te Bologna

Vandaag heb ik een rustdag in Bologna. Eerst maar eens een ontbijten:

Wat een verschil is deze bruisende stad met de verlaten omgeving waar ik de afgelopen dagen was. Een stad vol mensen, vol actie, vol indrukken, vol schoonheid, maar ook vies en vuil. Bologna is een toeristische trekpleister en een studentenstad. In de stad is de oudste functionerende universiteit ter wereld gevestigd en deze heeft het predikaat "Alma mater studiorum" (voedend moeder van leren). De universiteit werd opgericht in 1088 en trekt studenten van over de hele wereld, momenteel zo’n 100.000 studenten, die masteropleidingen volgen op het terrein van; Europese literaire culturen, chemische innovatie, architectuur, astrofysica en vele andere vakgebieden.









In de Middeleeuwen was Bologna de vijfde grootste stad van Europa en onderdeel van de kerkelijke staat. Ook Bologna viel dus onder de directe soevereine heerschappij van de paus, waarbij de stad een grote mate van autonomie kreeg, zolang er maar geld bleef stromen naar Rome.

Bij mijn zoektocht naar de omstandigheden in deze stad ten tijde van Karel en Adrianus kwam ik de naam Jan Jacobs tegen, een beroemde middeleeuwse goudsmid.

Deze Jan Jacobs is gedoopt op 31 maart 1575 in de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Kapellekerk te Brussel en was de zoon van Jan Jacobs en Élisabeth van Oosten en kleinzoon van Jan Jacobs en Marie Pannis. Deze herhaling van naamgeving komt ook in mijn familie voor, mijn grootvader heette ook Jan Jacobs en was de zoon van ene Jan Jacobs. Mijn grootvader noemde zijn oudste zoon, mijn oom, ook Jan Jacobs. Mijn oom noemde vervolgens zijn oudste zoon ook Jan, die zijn oudste zoon ook weer Jan noemde, deze gewoonte is blijkbaar al eeuwen oud, zou er een familiaire lijn zijn tussen deze Jannen tot in mijn familie?

De schilder Guido Reni, vriend van Jacobs, maakte dit prachtig portret van hem

In de middeleeuwen bestond er een sterke band tussen het hertogdom Brabant en de kerkelijke staat Rome. Er was een bloeiende uitwisseling van kunstenaars en wetenschappers tussen Antwerpen, Brussel en Utrecht met Genua, Bologna, Florence en Venetië. Ook Jan Jacobs maakte een reis naar de Italiaanse steden en besloot zijn opleiding tot goudsmid in Bologna af te ronden. Na zijn opleiding besluit hij in Bologna te blijven, hoewel hij zijn huis in Brussel nooit van de hand heeft gedaan. In 1607 trouwde hij met Utrechtse Judith van der Lip en samen kregen ze een zoon Pietro (1608).

Jan werd al snel een van de beroemdste goudsmeden in Bologna. Hij kreeg veel opdrachten uit religieuze kringen en maakte prachtige altaarstukken, zilveren kandelaars en gouden kelken. Een van zijn beroemdste meesterwerken is het goud-en-zilveren omhulsel van het meest vereerde icoon van Noord-Italië.



Het verhaal gaat dat dit kunstwerk in de 12e eeuw door een pelgrim uit het Byzantijnse rijk is meegebracht naar Bologna. Het icoon van de maagd Maria zou afkomstig zijn uit de Hagia Sophia kathedraal te Constantinopel en eeuwen terug persoonlijk geschilderd zijn door Lucas de Evangelist. Tegenwoordig is de Hagia Sophia een moskee, maar het gebouw was eeuwenlang de grootste kathedraal ter wereld, totdat de Sint-Pietersbasiliek in Rome werd voltooid.

Zakelijk ging het uitstekend met Jan, maar privé zat zijn leven tegen, zijn vrouw stierf in 1615. Enkele jaren later verloor hij ook zijn enige zoon, Pietro Jacobs overleed op 18 november 1630 aan de pest.

Deze tragedies hebben hem ongetwijfeld ertoe aangezet zijn fortuin te wijden aan de opvoeding en opleiding van jonge Vlamingen, in 1651 richtte hij het “Collegio dei Fiamminghi” op. Dit 370 jaar oude college bestaat tot op de dag van vandaag en is nu omgezet in een stichting. Uit de nalatenschap van Jan Jacobs biedt deze stichting nog steeds ondersteuning aan zes studenten voor hun promotie aan het “Alma mater studiorum”. De studenten krijgen voor 10 maanden onderdak in de Foresteria (pension), gelegen in het centrum van Bologna (Via San Petronio Vecchio 2) en een geldbedrag van in totaal zevenduizend euro. De bibliotheek van het Collegio dei Fiamminghi in het aangrenzende gebouw (Via Guerrazzi 20) staat ook tot hun beschikking. Deze bibliotheek bevat duizenden boeken, waaronder historische exemplaren, die door de eeuwen heen door de studenten zijn aangeschaft en achtergelaten.



Bij testament opgemaakt op 9 september 1650 geeft Jan Jacobs strenge voorwaarden aan voor toelating tot zijn college:

  • de kandidaat moet Brusselaar zijn of, bij gebreke daarvan, Antwerpenaar of tenminste een inwoner van Brabant;
  • hij moet geboren zijn uit een wettig en erkend huwelijk;
  • hij moet achttien jaar, of ten minste zestien jaar oud zijn;
  • hij moet Latijn beheersen;
  • hij moet gezond van lichaam zijn en een goede presentatie hebben.

Er zal voorkeur gegeven worden, vóór elke andere kandidaat, aan:

  • de afstammelingen van de familie Jacobs; (ik maak nog kans!)
  • afstammelingen van de familie Jacobs in vrouwelijke lijn;
  • aan de nakomelingen van Henri Wellens, vriend van Jan Jacobs;
  • aan de nakomelingen van Pierre van der Lip, uit Utrecht, zwager van Jan Jacobs.

De Jan Jacobs Foundation werkt zeer discreet en is weinig bekend bij het grote publiek, maar toch genieten nog elk jaar zes studenten van deze uitgelezen kans in een unieke Italiaanse omgeving. De regels van Jan zijn wat versoepeld, er wordt momenteel geselecteerd uit aanvragen voor postdoctorale specialisaties. Een commissie voorgezeten door Andrea Zanotti, professor kerkelijk recht aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, kiest jaarlijks twee Walloonse studenten, twee Vlaamse studenten, en twee studenten van de Universiteit van Utrecht. 


Mooi toch dat zo’n genereus initiatief zo lang blijft voortbestaan, ik moet mijn neefjes en nichtjes niet vergeten te wijzen op deze mogelijkheid, wat meer doctors in de familie kan geen kwaad!



dinsdag 20 juli 2021

Dag 70, uit de Povlakte naar Bologna

Vandaag gaat de tocht verder van Possessione Piccola via Castagnolo, Al Bûdri en Sacerno naar Bologna. Een afstand van 25 kilometer. Vanmorgen om 6.30 uur ging de wekker, de boerin had een lekker ontbijt gemaakt waarbij ik op mijn iPad vluchtig de krant doorbladerde. Zo blijf ik een beetje op de hoogte van de rampspoed die Nederland doormaakt, zomerse overstromingen als gevolg van klimaatverandering, oprukkende virusvarianten die jongeren opnieuw dwarsbomen in hun primaire doel. Om half acht vertrek ik en zet er  meteen het tempo in. Ik loop stevig door zodat ik om half twee bij mijn hotel aankom. Het is dan nog maar 32 graden dus een goed moment om te stoppen met lichamelijke inspanning. Ik neem een douche en dan een siësta en slaap twee uur lang als een blok. 

Bologna is de grootste stad die ik tot nu toe in Italië heb bezocht. Het is de zevende stad van Italië en vormt een duo met Modena. Samen vormen ze één agglomeratie met een miljoen inwoners. De omgeving waar ik vandaag doorheen loop is dus weinig inspirerend, rommelige woonwijken en strakke industrie terreinen. Mijn camera komt amper uit zijn tas.




Met Bologna sluit ik de Povlakte af. Het was een warme, eenzame en eentonige tocht, maar op mijn eigenzinnige manier heb ik er toch van genoten. Ik had geen maatregelen genomen tegen de muggen, die slaan mij meestal over en gaan voor Loes. Maar deze keer hebben ze me wel te pakken, ik tel zeker 20 muggenbeten.


Bloem van de dag:


Beest van de dag:

Beeld van de dag: