vrijdag 6 augustus 2021

Dag 86, naar Assisi


Perugia

Assisi

Weer uitgerust gaat de tocht verder van Perugia via Ponte San Giovanni, Collestrada, Via Lippia en Bastia Umbria naar Assisi. Een tocht van 23 kilometers met traditioneel op het einde weer een klim van 200 meter. Vandaag is het een stuk koeler, het kwik komt niet boven de 28 graden.

Om 7 uur scoor ik mijn ontbijt bij de plaatselijke koffiebar.

Waarna ik afdaal naar het vlakke land.

In Ponte San Giovanni steek ik de Tiber over, de Italianen noemen deze rivier Tevere. 
Deze rivier gaat net als ik naar Rome. 

Bloem van de dag:  

Beest van de dag:

Boom van de dag:

Beeld van de dag:



donderdag 5 augustus 2021

Dag 85, Een dagje niks doen.

Ik neem een rustdag, de afgelopen zeven dagen heb ik gemiddeld 25 kilometer per dag gelopen en daarbij dagelijks een groot deel van de Eiffeltoren beklommen, en dat bij temperaturen rond de 30 graden. Ik merk dat dit me veel energie kost, vooral klimmen in de hitte. Mijn spieren zijn 's ochtends nog stijf en moeten echt op gang komen. Een paar weken geleden had ik helemaal geen last van stijve spieren en liep ik 's morgens fluitend weg. In Cortona, toen ik me 's morgens na een heerlijk nachtje slapen eens lekker uitrekte, schoot er een hevige kramp in mijn hamstring, waar ik de hele dag last van had. Dus uitrekken doe ik voortaan met beleid.

Ik had graag het Provinciaal Museum “Galleria Nazionale dell'Umbria” in Perugia willen bezoeken, maar dat is wegens restauratiewerkzaamheden gesloten en gaat pas in 2022 weer open. Dan wordt het dus echt een dagje helemaal niks doen!


Ik kon het niet laten om toch een paar fotootjes te maken:







Beest van de dag, een griffioen uit de 13e eeuw:


Een griffioen is een mythisch wezen dat met zijn hybride lijf de heerschappij over twee rijken symboliseert; over de aarde met zijn leeuwenlichaam en over de lucht met zijn vleugels en een adelaarskop.





woensdag 4 augustus 2021

Dag 84, en doorrrrr… naar Perugia




En weer gaat de tocht verder van Passignano sul Trasimeno, via Torricella, Magione en Terrioli naar Perugia. Ik kies ervoor om het grootste deel van de reis langs autowegen te lopen, zodat ik de reis kan inkorten van 31 naar 26 kilometer. Ik sta om 6 uur op, neem een douche, breek mijn kampement op en om 7 uur sta ik in de startblokken. Het is dan 16 graden, heerlijk fris. Als ik om 4 uur in Perugia aankom is het 30 graden. De laatste kilometers maak ik een klim van 200 meter, wat bij deze temperatuur nog net te doen is.


Gewoon midden op de weg parkeren voor een snel ontbijt!



Ik vertrek zonder ontbijt want ook Italianen ontbijten nooit thuis. Op weg naar hun werk stoppen ze allemaal even bij de lokale koffiebar voor een espresso machiato en een brioche gevuld met marmalata. Er gaat altijd suiker in de koffie want Italianen zijn echte zoetekauwen. In plaats van een brioche kun je ook een zoete pruimen- of abrikozencake nemen. Meestal staan er wel wat pannini's met sla, vlees en kaas in een hoekje, maar daar is weinig vraag naar als je niet op een toeristische locatie zit.



In Italië doen ze niet aan ruimtelijke ordening en infrastructuur. Veel wegen en bruggen hebben onderhoud nodig maar alleen het meest noodzakelijke wordt uitgevoerd, alles is vies en vuil. De planologen en verkeerskundigen hebben nog nooit nagedacht over ruimte voor fietsers en voetgangers. Dat betekent dat een klim naar Perugia fysiek net zo zwaar is als een klim in de bergen, je moet steeds je plek vinden in de verkeerschaos waar ik er niet onderuit kom om tussen de auto's door te lopen en de weg over te steken. Het grootste risico voor een pelgrim is niet de Corona pandemie maar een verkeersongeval.


Als er een trottoir is wordt dat gebruikt voor het parkeren van auto’s 


Gaten in de rijweg worden meestal nog gerepareerd, maar als de ruimte niet nodig is voor auto’s, dan blijft het gat ongemoeid. Fiets- en wandelpaden zijn ook handig voor het plaatsen van paaltjes, vaak moet ik vanwege een paal of boom over de rijbaan tussen de auto’s door. Het is echt triest. Maar hey, wie gaat er nou lopen als je in een auto met airconditioning kunt stappen? In Italië lopen alleen arme mensen en arbeidsmigranten.

Bloem van de dag:  

Beeld van de dag:


dinsdag 3 augustus 2021

Dag 83, kamperen aan het Lago Trasimeno

Vandaag loop ik van Cortona via Campaccio, Renaia, Riccio en Terontola naar Passignano sul Trasimeno. Een afstand van 24 kilometer. Om 8 uur begin ik te lopen met een temperatuur van 18 graden, vandaag is er veel bewolking en als ik om 3 uur op de camping aankom is het nog maar 30 graden. De tocht ging lekker bergafwaarts, mooie uitzichten, niet te warm, dat was weer genieten.


Als ik 's ochtends het klooster uitstap en de hoek om ga, 
zie ik het meer van Trasimeno, mijn eindbestemming, al liggen.





In bijna elk dorp vind je wel een koffiebar of restaurantje voor de lunch, maar vandaag waren de dorpen waar ik doorheen kwam uitgestorven. Gelukkig heb ik altijd mijn noodrantsoen nog. Ik heb de samenstelling enigszins aangepast omdat met de hitte overdag veel voedingsmiddelen snel niet meer te eten zijn. Ik heb nog altijd een paar appels bij me, die houden het verrassend goed uit en blijven zelfs bij 30 graden dagenlang goed. Ik zorg ook dat ik een of twee blikjes tonijn met couscous, kikkererwten en wortel in mijn Wheelie heb. Ook deze kan ik zonder problemen dagenlang bewaren. 



Daar staat het tentje dan, aan de rand van het Trasimeense meer ofwel Lago di Trasimeno. Dit meer ligt meer dan 250 meter boven de zeespiegel en wordt gevoed door regen en kleine stroompjes. Het is een endoreïsch meer, ofwel een meer dat geen afvoer naar de zee heeft. Het is, na het Gardameer, het Lago Maggiore en het Comomeer, het grootste meer van Italië.


Bloem van de dag:  

Beesten van de dag:


Beeld van de dag:

Vandaag heb ik geen bijzondere beelden gezien, dus neem ik deze gelegenheid te baat om nog een keer een beeld uit Florence te laten zien, het beeld van Amerigo Vespucci, dit beeld tooit samen met beelden van vele andere beroemdheden de buitenkant van het Uffizi museum, een van de oudste en belangrijkste kunstmusea ter wereld dat lange tijd eigendom was van de familie Medici.


Ook Vespucci leefde in de tijd van Adrianus en Karel en is geboren en getogen in Florence. Na zijn opleiding trad hij in dienst bij de familie De' Medici waar hij bankier werd. In 1492 werd hij naar Sevilla gestuurd om de economische zaken van de de' Medici te regelen, omdat deze familie ook de ontdekkingsreizen van Columbus financierde. Als bankier raakte Vespucci betrokken bij alle grote expedities naar de Nieuwe Wereld waarvoor hij grote belangstelling had. Hij besloot zijn functie neer te leggen en zelf ontdekkingsreiziger te worden.


In die tijd gingen er stemmen op dat het gebied dat Columbus had ontdekt, niet Azië was, zoals Columbus tot zijn dood vol hield. Vespucci was een van de mensen die ervan overtuigd waren dat Columbus een compleet nieuw en onbekend continent had ontdekt. De belangrijkste reden achter zijn ontdekkingsreizen was dan ook opheldering brengen in deze kwestie. 


In 1499-1500 ondernam Vespucci een ontdekkingsreis in dienst van Spanje en bereikte de kust van Zuid-Amerika, Vespucci scheidde zich van de rest van de vloot en voer naar het zuidoosten. Hij bereikte een brede golf, waarschijnlijk de monding van de Amazone, die hij Santa Maria noemde. Hij voer door, mogelijk tot aan Cabo São Roque, keerde toen om en volgde de kust in noordwestelijke richting naar de Golf van Venezuela. Bij Hispaniola voegde hij zich weer bij zijn vloot en keerde terug naar Spanje.


Na zijn terugkeer besloot de Spaanse koning echter geen tweede expeditie te starten en Vespucci "liep over" naar de Portugezen. In 1501-1502 voer hij opnieuw naar Zuid-Amerika en volgde de Braziliaanse kust ten zuiden van Cabo São Roque. Vespucci beweerde dat hij tot 52 ° S kwam, wat betekent dat hij Patagonië zou hebben ontdekt, maar hedendaagse experts vermoeden dat hij niet verder kwam dan Cabo Frio op 23 ° S. Hij maakt een tweede reis in dienst van de Portugezen in 1503-1504 naar hetzelfde gebied, waar Vespucci een handelspost vestigde om handel te drijven in brazilwood, een rode houtsoort waaruit verf kon worden gemaakt.


Vespucci schreef brieven over de nieuwe wereld die hij had ontdekt waarin hij de vruchtbaarheid en schoonheid van het continent prees. Er was veel belangstelling voor deze brieven waardoor Europeanen ontdekten dat wat in het westen was ontdekt geen geïsoleerde eilanden of een deel van Indië waren, maar een compleet 'Nieuwe Wereld'. Deze term is van Vespucci zelf, een van zijn brieven was getiteld Mundus Novus. Deze brieven waren voor de Duitse cartograaf Martin Waldseemüller aanleiding om het ontdekte land naar Vespucci te noemen op zijn kaart Universalis Cosmographiae in 1507. Dit voorstel vond ingang bij cartografen en op een kaart van Mercator, gepubliceerd in 1538, vinden we Terra Americi of Amerika als naam voor het hele continent, inclusief Noord-Amerika.

Wat een bijzondere tijd is dat geweest! En waar het geld van De' Medici al niet toe heeft geleid!



maandag 2 augustus 2021

Dag 82, tegen de bult op naar Cortona

De tocht gaat verder van Arezzo via Olmo, Il Matti, Policiano, Rigutino, Misericordia, La Nave, Motecchio en Tavernelle naar Cortona. 



Omdat het vandaag wat koeler is, het kwik komt niet boven de 32 graden uit, maak ik een flinke etappe van 31 kilometer, in één ruk van Arezzo naar Cortona.

Als ik om 7 uur in de ochtend vertrek is het al 26 graden, maar af en toe is het bewolkt en pas na 2 uur 's middags is het 31 graden. Best warm, maar ik ben er inmiddels een beetje aan gewend.



Hier kijken ze niet op een verkeersbord meer of minder

Cortona is ook zo'n oude Etruskische stad, gelegen op de top van een berg zodat ik op het einde een klim van 250 meter mag maken. Mij is verteld dat deze strategische locatie op de top van een berg handig is om de vijand te zien aankomen. Maar ik denk dat er een andere strategie achter zit. Een vijand die aanvalt is al uitgeput als hij de top bereikt, een duwtje is genoeg om hem om te doen vallen. Zelden heb ik mijn etappe biertje zo terecht verdiend als vandaag, ik heb er zelfs twee genomen.



Zo steil zijn de straten, kilometers lang!

Ook in Cortona gaat elke straat omhoog, of omlaag als je je omdraait!


De streek die ik de afgelopen dagen heb doorkruist is het wijnbouwgebied van de Chianti. In de jaren zestig namen ze het hier niet al te serieus met de kwaliteit, Chianti van mindere kwaliteit werd gebotteld in mooie mandflessen en naar Nederland gestuurd, waar net de pizzeria's op kwamen zetten. Zo werd de Chianti synoniem met slechte wijn. Maar sindsdien is er veel veranderd, nu hebben de wijnen, vaak afgevuld in gewone wijnflessen, een sterk verbeterde kwaliteit. Sinds eind jaren 90 kunnen de betere Chianti's zelfs het DOCG Chianti Superior predikaat krijgen.



In 1840 bepaalde Baron Bettino Ricasoli de samenstelling van de Chianti. Zijn bedoeling was om een mooie rode, frisse en makkelijk drinkbare wijn te creëren. Volgens de door Ricasoli opgestelde regels moest de Chianti uit 70% rode sangiovese-druiven en 30% witte druivenrassen bestaan. De huidige Chianti wordt nog steeds grotendeels gemaakt van Sangiovese-druiven, met toevoegingen van witte druiven die per wijnmaker verschillen, zoals de malvasia bianca en de trebbiano toscano, allemaal originele druivensoorten van deze regio. De laatste tijd wordt er vaak ook een deel Merlotdruiven  toegevoegd, waardoor de Chianti nog soepeler wordt door de afwezigheid van zuren en tannines in de Merlotdruif. Ik heb al een paar mooie Chianti's geproefd, lekker hoor!


Uitzicht vanuit mijn slaapkamer

Ik slaap vannacht in een klooster met uitzicht op de San Francesco-kerk, beide gebouwd tussen 1243-1248 door Elias van Cortona, een vriend van Franciscus van Assisi. Voordat Franciscus monnik werd, ging hij op kruistocht met Elias. Later was Elias een van zijn eerste volgelingen. Leuk om zo'n twaalfde-eeuwse omgeving in je op te nemen, Cortona straalt nog steeds die sfeer uit met veel steile paadjes en trappen.


Bloem van de dag:  

Beest van de dag:

Boom van de dag:

)

Beeld van de dag: