woensdag 7 juli 2021

Dag 57, klimmen in de warmte, naar Faedo

Vandaag gaat de tocht verder van Tramin via Margreid, Kurtinig en Salurn naar Faedo. Een afstand van 27 kilometer met dezelfde weercondities als gisteren, het wordt weer 33 graden. 




Ik loop nog steeds grote stukken van de Via Claudia Augusta

Het venijn zat vandaag in de staart; een klim van 400 meter. Ik had een leuke agritourismo geboekt, maar had niet in de gaten dat deze boerderij (met pension) op 600 meter hoogte in de bergen ligt. Op de Reschenpass heb ik ook een klim van 400 meter gemaakt en dat ging heel goed, maar toen bleef het kwik ruim onder de 30 graden. Ik weet dat ik het fysiek makkelijk kan dus ben ik er maar gewoon aan begonnen. De Reschenpass liep ik zonder pauzes naar boven, maar deze keer heb ik regelmatig gepauzeerd om mijn ademhaling en hartslag te laten herstellen. Zou ik dat niet doen dan loop ik de kans oververhit te raken en dat kan verkeerd aflopen. Dus de pas erin, mijn hartslag klimt in vijf minuten naar 140, kwartiertje volhouden, dan de schaduw opzoeken en herstellen. Ook dat herstellen gaat snel, binnen 10 minuten is mijn hartslag weer normaal. Al met al is dit een goeie oefening voor wat me nog te wachten staat, ik verwacht nog veel wandel dagen te hebben dat het kwik boven de 30 graden komt. De Po vlakt is vlak maar daarna komen de Apennijnen en die kent veel pittige hellingen. Ik heb er nog steeds zin in.



Elke klim wordt beloond met een uitzicht

Uitzicht vanuit mijn agritourismo, het wasje hangt te drogen


Na de miljoenen appelbomen die ik de afgelopen week heb gezien, loop ik nu langzaam de wijnstreek in, de appelbomen maken steeds meer plaats voor wijnranken. Vandaag ben ik ook de grens tussen de provincies Sud-Tirol en Trentino gepasseerd. Ik loop nog veel langs de Etsch, maar nu heet deze rivier Adige en de streek hier Alto Adige. In dit gebied wordt al duizenden jaren wijn verbouwd, de wijncultuur is een van de oudste van Europa. Toen de Romeinen in 15 v. Chr. het huidige Alto Adige binnenkwamen, waren ze stom verbaasd, de lokale bevolking bewaarde al wijn in houten vaten, terwijl ze aan het hof van keizer Augustus nog lederen zakken en amforen gebruikten. Er groeien hier streekeigen druivensoorten zoals de "Potzner", de "Lagrein" en de "Traminer", genoemd naar hun plaats van herkomst. De hellingen van Alto Adige op 200 tot 1000 m boven zeeniveau hebben zeer geschikte bodems voor wijnbouw. Zo groeit de Lagrein op warme grind- en zandgronden, terwijl de lokale variëteit van de witte Gewürztraminer op kalkrijke gronden rijpt. Uniek zijn de steenachtige bodems van Dolomietkalksteen, die vooral aan de zuidelijke rand van de Alto Adige te vinden zijn. Dankzij hun mineralen zijn de warme bodems met een goede waterdoorlatendheid ideaal voor het verbouwen van karakteristieke witte wijnen. Ik ga de komende dagen de kans grijpen om ze te proeven en ervan te genieten, saluti!


In plaats van Radler drinkt men hier appelsap van groene appels met bier, een uitstekende dorstlesser!




Bloem van de dag:

Beeld van de dag:




dinsdag 6 juli 2021

Dag 56, van appels naar wijn, naar Tramin

Vandaag gaat de tocht verder van Bolzano via Pfatten, Branzoll en Vadena naar Tramin an der Weinstrasse. Tramin is bekend om zijn witte wijn Gewurztraminer, een smaakbommetje onder de witte wijnen. De afstand vandaag is 24 kilometer met op het laatst een klim van 80 meter. Ik ben vanochtend om 8 uur gestart, de temperatuur was toen 22 graden en deze liep gedurende de dag op naar 33 graden. Dat is best warm, fijn dat ik al om 15:00 op mijn bestemming aankwam, ik heb gelijk een koude douche genomen zodat ik wat afkoelde. Vandaag is een goede oefening om te wennen aan wat me te wachten staat. 





Na de appelvallei kom ik nu bij de Strada del Vino, de Wijnstraat. In de vallei overheersen nog steeds de appelbomen, maar op de hellingen groeien nu vooral de wijnstokken.



Precies op de juiste plek, toen mijn hoofd bijna explodeerde van de hitte, was daar Mary met haar “carretto dei gelati”. Ik bestelde een citroen ijsje en een ijskoude radler. Vervolgens haalde ik de eindstreep op mijn sloffen.

Het was erg leuk om gisteren zo diep in de geschiedenis te duiken en te zien hoe Ötzi was uitgerust voor zijn reis door de bergen. Wat is de wereld in 5000 jaar veranderd. Het gezegde spookt constant door mijn hoofd: “de geschiedenis leert ons dat we niets leren van de geschiedenis”. Ofwel de mensheid loopt keer op keer in dezelfde valkuil, door machtsstrijd en oorlog wordt de beschaving telkens weer teruggeworpen in de tijd. 

Ik google veel op internet om erachter te komen hoe het er vijfhonderd jaar geleden uitzag in het gebied waar ik doorheen loop. Maar in dat feodale tijdperk was er een constante strijd om de macht, gebieden wisselden elke 30 jaar van heerser, er is geen lijn in te ontdekken hoe en waardoor een land zich ontwikkelde. Toch gaat de vooruitgang van de mensheid maar door. Die vooruitgang is duidelijk niet te danken aan de heersers of leiders van het volk en het land, ze zijn eerder een obstakel.

Waar leren we dan van? Wat drijft de menselijke vooruitgang? Blijkbaar draait het allemaal om efficiëntie. Wanneer we iets ontdekken waarmee een handeling sneller gedaan kan worden dan omarmen we dat. Als we dingen in de natuur zien die we kunnen toepassen om iets sneller te doen, puzzelen we het allemaal uit. Daardoor is het stenen tijdperk overgegaan in de bronstijd. Ötzi kon met zijn koperen bijl sneller een boom omhakken dan met een stenen bijl. Wetenschappers hebben getest dat ze in 2 uur een grote boom konden omhakken met de bijl van Ötzi. Het koperen lemmet is goed te slijpen, het handvat van taxushout is stevig, zwaar en veerkrachtig om de klappen op te vangen. Het lemmet zit stevig vast dankzij de berkenteer, een soort lijm gemaakt van verwarmde berkenschors die zo hard wordt als glas. Deze bijl is door mensen ontwikkeld door jarenlang te experimenteren met producten die de natuur biedt en door na te denken hoe ze gecombineerd kunnen worden tot dit prachtige gereedschap. De drijvende kracht hierachter is efficiëntie. Daarom hebben we nu auto's om 50 keer sneller naar Rome te reizen dan te voet. Het succes van Maarten Luther met zijn reformatie is ook te danken aan efficiëntie. Dankzij de boekdruk techniek kon hij zijn ideeën snel verspreiden zonder dat er predikers nodig waren. Zijn aanpak was super efficiënt.

Maar wanneer eindigt deze versnelling? We kunnen immers niet tot in het oneindige alles maar efficiënter gaan doen! Op een gegeven moment moet daar een einde aan komen. Wanneer zal dat moment aanbreken? Of gaat het alsmaar door? Totdat de mensheid zichzelf vernietigd!


Bloem van de dag, met beest van de dag:


Beeld van de dag:




maandag 5 juli 2021

Dag 55, rustdag, bezoek aan Ötzi

Vandaag neem ik een rustdag om Ötzi te bezoeken in het Archeologisch Museum van Bolzano. De man die hier 5000 jaar voor mij door het Etschtal liep en de bergen in ging naar het Ötztal.

In september 1991 maken Erika en Helmut, een Duits stel, een bergwandeling over de oude Alpenpas Tischenjoch (3200m) en stuiten op een hoopje bruin materiaal dat uit het ijs stak. Erika realiseert zich dat dit een menselijk stoffelijk overschot kan zijn. Ze keren terug met een berggids die vermoedt dat het de Italiaan Carlo Capsoni zou kunnen zijn, die sinds 1903 wordt vermist na een bergwandeling. Een paar dagen later wordt het lichaam geborgen door een forensisch patholoog die nog steeds geen idee heeft hoe uniek deze vondst is. Het lijk wordt overgebracht naar Innsbruck en daar realiseert men enkele dagen later dat men te maken heeft met prehistorische menselijke overblijfselen. De Carbon-14-methode toont aan dat deze ijsman leefde tussen 3350 en 3100 voor Christus. Dat is maar liefst 5000 jaar geleden. Dit maakt het verreweg de oudste menselijke resten die ooit zijn gevonden, bijvoorbeeld meer dan 2000 jaar ouder dan de mummie van Toetanchamon. De ijsman wordt al snel Ötzi genoemd naar zijn locatie in het Ötztal. Het is onvoorstelbaar hoe uniek deze vondst is, Ötzi leefde lang voordat de piramides in Egypte werden gebouwd, de vondst is wereldnieuws. Uniek aan de vondst is de uitzonderlijk goede staat waarin deze bewaard is gebleven. Ötzi en alle artefacten die hij bij zich had, zijn een onuitputtelijk onderwerp voor wetenschappers om het menselijk leven 5000 jaar geleden te bestuderen.


De dag voor de berging zijn de doorgewinterde bergbeklimmers Reinhold Messner en Hans Kammerlander toevallig in de buurt en bezoeken de locatie. Messner schat de leeftijd van de dode op minstens 500 jaar.



De berging van Ötzi verliep nogal slordig, men realiseerde zich niet hoe uniek deze ontdekking is. Er werden pikhouwelen gebruikt, die schade aanrichtten aan de mummie. Een jaar later zijn archeologen terug gegaan om het gebied minutieus te doorzoeken. Met behulp van een stoommachine werden nog veel restanten gevonden zoals een nagel, zijn bontmuts, kledingresten en andere uitrusting. Ook werd door landmeters vastgesteld dat de vindplaats 90 meter over de grens ligt op Zuid-Tirools grondgebied in Italië. Na het nodige getouwtrek is Ötzi na zeven jaar onderzoek overgebracht van Innsbruck in Oostenrijk naar Italië en nu te zien in Bolzano, waar speciaal voor hem een museum is ingericht en dat bezoek ik vandaag.


Ötzi was een klein mannetje, 160cm groot, woog ongeveer 50kg en had daarmee voor zijn tijd een normaal postuur. Hij had bruine ogen en schoenmaat 38. Hij had halflang donker bruin tot zwart haar en droeg een baard. Zijn tanden waren versleten en hij had een spleetje tussen zijn tanden zoals dat nog steeds bij mensen voorkomt. Hij was ongeveer 45 jaar oud wat erg oud was voor die tijd. 


Zijn bontmuts is gemaakt van stukjes berenhuid met leren bandjes om onder de kin vast te knopen. Het naaiwerk gebeurde vakkundig met dierlijke pezen als draad. De muts lag dieper onder het ijs en is door de zorgvuldige behandeling van de archeologen goed bewaard gebleven, je zou hem nu nog kunnen dragen.



Ötzi droeg een cape van gevlochten gras die hem tegen de regen beschermde. Daaronder droeg hij een jas van schapen- en geitenleer, netjes aan elkaar genaaide stroken afwisselend bruin en zwart van kleur. De jas is zwaar beschadigd bij de schouders waardoor het niet duidelijk is of er mouwen op zaten. Hij droeg een geitenleren legging, twee losse pijpen die hij met leren riempjes aan zijn gordel kon knopen. Aan de onderkant van de pijpen waren flappen van hertenleer genaaid die hij in zijn schoenen kon stoppen. Deze kledingstukken zijn gemaakt van vele stukjes leer, keurig met kruisteken aan elkaar gezet. Hij droeg een lendenschort als onderbroek, gemaakt van stroken schapenleer, die tussen de benen werd geschoven en om zijn gordel geslagen werd zodat hij niet af kon zakken. Zijn schoenen hadden een zool van berenvel met het bont aan de binnenkant. Als sokken droeg hij een soort netwerk gemaakt van de bast van lindebomen, die met hooi waren gevoerd tegen de kou. Het leren bovenwerk van de schoen is met rundleren riemen aan de zool bevestigd.




Ötzi droeg een uitgebreide wapenrusting, een 180 cm lange boog die groter was dan hijzelf, een pijlkoker met 14, meest onvoltooide pijlen, slechts twee pijlen hadden vuurstenen punten. Ook de boog was nog niet klaar voor gebruik, de pees zat er nog niet op. Hij had een vuurstenen dolk met een essenhouten handvat. Dit soort dolken zijn vaker gevonden bij opgravingen en waren toen net zo gewoon in gebruik als het Zwitserse zakmes nu. Maar het meest bijzondere is zijn koperen bijl. De stam is gemaakt van taxushout en gesneden uit een stam waaruit een tak loodrecht uitsteekt waardoor deze een geknikte vorm heeft. Het lemmet van de bijl is gemaakt van 99,7% puur koper uit Toscane en is gegoten, vervolgens in zijn vorm gesmeed en geslepen. Het lemmet is aan het handvat bevestigd met berkenteer en leren banden. Een uitzonderlijk stuk vakmanschap dat de geschiedenis heeft herschreven, de Bronstijd blijkt met deze vondst in de Alpen 1000 jaar eerder te zijn begonnen dan tot nu toe werd aangenomen. Deze bijl is wereldwijd de enige complete bijl uit de bronstijd die bewaard is gebleven. Ötzi droeg ook een cilindervormige doos van berkenbast met tondel en vuursteengereedschap om hout te bewerken, gras te snijden, pezen te schrapen en vuur te maken. Ten slotte droeg Ötzi een rugzak, waarvan het houten frame is teruggevonden, waarin hij zijn bezittingen en proviand meenam. De rugzak zelf kan niet meer worden gereconstrueerd uit de overblijfselen.



Ötzi heeft ongekende onderzoeksgebieden geopend, honderd teams van wetenschappers van over de hele wereld hebben hem onderzocht. Er wordt veel gespeculeerd over zijn status, wat was zijn rol in de samenleving? Was hij een krijger, een herder, een voortvluchtige? Waar stierf hij aan, was hij ziek? Onderzoekers troffen onaangename medebewoners aan, eitjes van zweepwormen werden gevonden in zijn maag die buikpijn en diarree veroorzaken. Ook zijn er in zijn kleding twee vlooien gevonden die hevige jeuk veroorzaken. Het glazuur van zijn tanden en zijn botten is onderwerp geweest van uitgebreid onderzoek, zijn DNA is onderzocht, hij is door allerlei moderne scanners gehaald en zijn longen zijn binnenstebuiten gekeerd. Zo weten we dat hij in het Etschtal woonde, het dal dat ik de afgelopen dagen heb doorkruist. Kort voor zijn dood kwam hij het Schnalls-dal, ingelopen dat via de Tischenjoch in het Ötztal over gaat. 

In zijn linkerschouder is een pijlpunt gevonden, nader onderzoek heeft uitgewezen dat hij werd gedood door een pijl uit een boog die een ader raakte waardoor hij doodbloedde. Ook zijn maaginhoud is uitgebreid onderzocht, we weten wat hij tot een uur voor zijn dood heeft gegeten. We weten dat hij voor zijn dood veel heeft gereisd, net als ik nu doe en ik ben van plan dat te blijven doen. 



Uiteindelijk hebben de Nederlanders Adri en Alfons Kennis uit alle onderzoeksgegevens Ötzi kunnen reconstrueren en zo sta ik nu oog in oog met hem, de man die 5000 jaar voor mij door de Etschvallei reisde, uitgerust met gereedschap en kleding van die tijd aangepast voor een reis door de bergen, net zoals ik nu mijn uitrusting heb afgestemd voor mijn reis. Het verschil in onze uitrusting is onbeschrijfelijk. Hoe zou de uitrusting van de mens er over 5000 jaar uitzien?






Het was leuk om Ötzi te ontmoeten!





Dag 54, en doorrr….. naar Bolzano

Ik neem weer afscheid van mijn familie, ze gaan vandaag naar huis en zullen ongeveer 14 uur onderweg zijn, dus ik heb in 50 dagen een behoorlijke afstand afgelegd!

Vandaag gaat de tocht verder van Merano via Burgstall, Gargazon, Vilpian, Terlan, Siebeneich en Frangart naar Bolzano. Een wandeling van 29 kilometer. Ik merk dat ik opnieuw in het ritme moet komen, het samen zijn met mijn gezin zit nog steeds in mijn hoofd. Weer opnieuw afscheid nemen valt me zwaarder dan twee maanden geleden vanuit thuis vertrekken. Vandaag is het moeilijk om van het wandelen te genieten, mijn gedachten dwalen steeds af naar mijn familie. Daarbij is het een sombere regenachtige dag. Maar kom op, ik moet verder, mijn doel is nog niet bereikt. Ik zet de pas erin en 's avonds om 7 uur bereik ik mijn pension.




Bloem van de dag:

Beeld van de dag: 
Kehrmaschine, Landmaschinenfabrik Julius Kirby, 1903

zondag 4 juli 2021

Dag 53, onverwacht bezoek

Wat een verassing, sta ik vanmorgen in de startblokken, mijn mindset op lopen, telefoon met navigatie app voor mijn neus om te bepalen welke kant ik op moet lopen, ik zie een vrouw in de verte en denk; ze lijkt veel op Loes. Ik knipper met mijn ogen, het is Loes. Mijn hele gezin staat aan de overkant van de straat. Ik was even helemaal de klutst kwijt, zo onverwacht deze ontmoeting nadat ik ze bijna 8 weken niet had gezien. Ik moest even schakelen en mijn plan voor de dag loslaten. Ze waren met zijn allen helemaal naar Italië komen rijden, dit had ik niet aan zien komen. 


Dus gisteren lekker genoten, ze hadden een leuk hotel geregeld en we hebben de hele dag kunnen kletsen. Lekker gegeten en weer een nachtje naast Loes in bed. Hartstikke leuke break van mijn reis, nu ben ik weer opgeladen om verder te lopen.




vrijdag 2 juli 2021

Dag 52, naar het toeristische Meran

Vandaag gaat de tocht verder van Naturns via Plaus, Rabland en Algund naar Merano (Meran). Vandaag was het zonnig en 31 graden, Merano is een prachtige stad, dus ik hield het bij een korte wandeling van slechts 19 kilometer. Aangezien meer dan de helft van de inwoners Italiaans spreekt, noem ik de stad bij haar Italiaanse naam.

Gisteren stond ik met mijn tentje op het trekkersveld naast de tent van een Nederlands echtpaar dat met de fiets op weg was naar Rome. Erg leuk om ervaringen met elkaar uit te wisselen. Ze zijn uit Arnhem vertrokken en hadden een maand de tijd, ze lagen voor op schema en hadden gisteren 90 kilometers gefietst. Met de fietst ga je gemakkelijk drie keer sneller dan te voet.

Onderweg sprong Norbert van zijn racefiets en vroeg waar ik heen ging. Hij was erg geïnteresseerd omdat hij zelf plannen had om naar Santiago te lopen. Norbert woont iets verderop aan de route die ik vandaag loop en nodigt me uit voor een drankje en om wat te eten. En inderdaad na een uur lopen staat hij met zijn dochter op me te wachten en heb ik koffie met hem gedronken. 


Norbert is in Duitsland geboren, met een Sud Tiroolse vrouw getrouwd, 68 jaar oud en nog behoorlijk sportief, maar door een schouderblessure als gevolg van een ongeluk durft hij het niet aan om met een rugzak naar Santiago te lopen. Hij wilde mijn Wheelie proberen en kwam tot de conclusie dat het daarmee wel zou kunnen. Ik heb meer dan een uur met hem zitten buurten, de oorlog kwam ook ter sprake, zijn vader had 8 jaar als SS'er in Rusland bij Stalingrad gevochten en had hem veel verhalen verteld onder welke fysieke omstandigheden hij daar moest vechten. Norbert had veel gelezen over de oorlog en veel met zijn vader gesproken die 93 geworden is. Maar toen Norbert zei dat Hitler ook zijn goede kanten had, werd het tijd is om maar weer eens op te stappen. Al is het vreemd dat we Napoleon een aardige vent vinden en dat we alleen maar alle negatieve kanten van Hitler zien. Volgens Norbert had Hitler ervoor gezorgd dat Duitsland voorop liep op het gebied van wetenschap en technologie, in die tijd werden de helft van alle Nobel prijzen door Duitstalige gewonnen. Vooral op het gebied van chemie, natuurkunde en fysica liep Duitsland voorop in de wereld. Dat maakte Engeland en Frankrijk jaloers en daardoor was er geen ontkomen aan een grootschalige oorlog, met name Engeland stuurde op oorlog aan om Duitsland zijn succesvolle positie te ontnemen. De verovering van Polen en Tsjechië was niet meer dan het herstel van het Habsburgse rijk. Kom, laat ik verder lopen, ik bedankte hem voor de koffie. Ook bedankte hij mij omdat zijn drempel om naar Santiago te lopen nu een stuk lager was geworden. De rest van de tocht heb ik veel nagedacht over deze ontmoeting, kan ik ook die positieve kant van Hitler zien? Zoals ik dat kan met Napoleon of de katholieke kerk? Norbert heeft natuurlijk gelijk dat elk aspect twee kanten heeft en dat vaak maar één kant wordt belicht. Maar als ik aan de Holocaust denk, is het voor mij onmogelijk om iets positiefs te zien aan Hitlers heerschappij. Hoe is het mogelijk dat Norbert daar overheen kan stappen, welke inzichten heeft hij opgedaan waardoor zijn balans totaal anders doorslaat dan de mijne, want Norbert is vast niet de enige die er zo over denkt.





In de Middeleeuwen was Meran, zoals het toen heette, de hoofdstad van het graafschap Tirol, zowel het Oostenrijkse als het Italiaanse deel. De stad ligt in de vallei van de Adige en wordt omringd door hoge bergen van de Alpen en de Dolomieten, de hoogste bergen zijn meer dan 3000 meter hoog. In deze vallei heerst een bijzonder klimaat, er groeien allerlei mediterrane bomen zoals cipressen, parasolpijnbomen en zelfs palmen. De stad heeft een totaal andere sfeer dan de steden die ik tot nu toe heb bezocht. Keizerin Sisi van Oostenrijk verbleef hier graag vanwege het aangename klimaat en had hier haar eigen kasteel. Nu is Merano een toeristische trekpleister van de eerste orde, volgens de ober van mijn hotel duurt het toeristenseizoen uitzonderlijk lang, tot wel tien maanden per jaar.


Bloem van de dag met beesten van de dag:

Beeld van de dag, keizerin Sisi, gehouwen uit een massief blok Laas marmer:


donderdag 1 juli 2021

Dag 51, langs de Etsch (Adige) naar Naturns

Vandaag gaat de tocht verder en loop ik van Schlanders via Vetzan, Latsch, Kastelbell, Tschars en Staben naar Naturns. (Ik gebruik de originele Duitse namen van de plaatsen en niet de Italiaanse omdat deze later zijn verzonnen). Een wandeling van 21 kilometer waarbij ik samen met de rivier de Etsch bergafwaarts ga. Vandaag en morgen is het droog dus kan ik weer lekker kamperen, in Naturns is een leuke “Waldcamping” dus back to basic.



Hier groeien ook weer druivelaars

Mooie witte voetjes

Hoe verder ik naar het zuiden ga, hoe meer aanmoediging ik krijg, duimen omhoog van fietsers, oude mensen en kinderen die zwaaien, dat is fijn. Je merkt dat hoe verder je naar het zuiden gaat, hoe opener de mensen worden. De dorpen zijn hier frivoler dan in Duitsland of Oostenrijk, de mensen leven hier meer buiten en er wordt veel gefietst. Elk dorp heeft terrasjes die ook nog eens van 's morgens tot 's avonds bevolkt zijn. Dat maakt de reis nog leuker.


Het is hier heel mooi, de groene vallei vol appelbomen, de bergen op de achtergrond, de rivier de Etsch (Adige) die wild de berg af gaat, de prachtige vergezichten met dorpjes en kastelen. Die schoonheid is niet op foto's te vangen, die ervaar je pas als je hier loopt.


Bloem van de dag:


Beeld van de dag:

Beest van de dag: